top of page

Een brief die naar Rome gaat (2)

Is de meeste discussie en onduidelijkheid over de brief die naar Rome is gegaan?


Wat nog mist, in het eerste artikel over de Romeinenbrief, is de opbouw van de brief. Daar heb ik niet voor geleerd, dus dat neem ik graag over van de echte Schriftgeleerden en de Studiebijbel.


Vele specialisten samen verklaren dat de centrale kern in het midden staat van een brief, die is opgebouwd in zeven delen. Er zijn drie onderdelen in de aanloop naar de kern en er zijn drie onderdelen vanaf de kern naar de afronding toe. Elk onderdeel in de vorm A,B en C. Terwijl de kern in het middengedeelte, óók op zichzelf uit zeven onderdelen bestaat, van A tot en met G.


Opgebouwd uit zeven onderdelen rondom de kern. Eerst drie delen die in drie secties verdeeld zijn. Dan de kern die zelf uit zeven secties bestaat en dan weer drie delen in drie secties. Wat een prachtig literair vernuft, nietwaar?


Gezien de opbouw van de brief wil ik ook graag eerst met de opening en het slot beginnen. Zodat ook wij naar het doel toewerken van buiten naar binnen, om de kern te kunnen begrijpen. En dan begin ik in dit geval graag eerst met het einde. Want dat bevestigd het grote belang en de waarde die Paulus aan deze belangrijke brief toekent, nog eens extra.


Want Febe is de vrouw die deze brief naar Rome gaat brengen. Aan het einde van de brief, in Romeinen 16 wordt zij in de aftiteling genoemd. Zij komt uit Kenchrea, één van de havenplaatsen vlakbij Korinthe. Paulus beveelt haar heel krachtig aan bij de ontvangers. Hij gebruikt het Griekse woord 'prostatis' voor haar.


Het is een woord dat slechts één keer voorkomt in het hele nieuwe Testament en dat is bij deze vrouw Febe. Zij is een "prostatis' geweest voor velen, en ook voor mij, zegt Paulus in het Grieks. Er is in het Grieks geen beter woord dan prostatis, om het Goddelijk leiderschap mee te beschrijven, zoals Jezus Christus ons dat voorleefde.


Even ter info; Het Oude Testament is in het oude Hebreeuws geschreven. Dat geldt niet voor het Nieuwe Testament. Hiervan is de grondtekst het Grieks, omdat het NT 'oorspronkelijk' in het Grieks is geschreven.

Prostatis is ook het meest geschikte woord om dienend leiderschap mee te beschrijven. Dat is niet op zichzelf gericht, maar om oprecht degenen te dienen en te beschermen aan wie leiding wordt gegeven. Het woord wordt in het Grieks gebruikt voor de meest nobele en goedgunstige leiders. Voor mensen op de hoogste gezagsposities, maar die daar hun macht niet misbruiken.


De schriftelijke boodschap en de mondelinge toelichting

Febe is dus zo iemand, met een gezaghebbende positie in Kenchrea. Het zegt ook veel over het belang van deze brief. Met name ook omdat de rol van de brenger van een brief vaak gepaard ging met het geven van een eventuele mondelinge toelichting. De sterke aanbeveling van Paulus zegt dus iets over het grote vertrouwen dat hij in haar heeft.


Het zal ook zeker niet voor niets zijn dat zij, als vrouw, wordt gestuurd. Waarschijnlijk is het een gebaar richting de vrijere heidenchristenen en is de bijzonder krachtige aanbeveling bedoeld voor de Jodenchristenen, om haar serieus te nemen.


Zo is er dus nog heel veel meer context, dan alleen de woordkeuze in deze brief dat van belang voor het juiste begrip. Dat maakt dan ook juist deze controversiële Romeinenbrief tot zo'n dankbaar onderzoek.


Een historisch Romeins bouwwerk

Want als ik dan weer even terug ga naar de indeling van de brief, dan staat de kern van de boodschap in de hoofdstukken 5-8, volgens de Schriftgeleerden. Om precies te zijn, van Romeinen 5:1 t/m Romeinen 8:39. Paulus behandelt "de Hoop als gevolg van de rechtvaardiging door geloof" hierin als het centrale kernthema.


Met andere woorden, die kernboodschap wordt dus helemaal niet al in hoofdstuk 1 behandeld. Dat is best bijzonder want wij kennen hoofdstuk 1 van de Romeinenbrief als een hele confronterende boodschap. In een zware veroordelende opsomming begint Paulus al snel na de introductie met het benoemen van schandelijke vormen van seksualiteit, gevolgd door een hele rits aan zonden.


Het is een hoofdstuk met teksten die vaak, en bijna gretig, worden gebruikt in conservatieve dogmatische kerkelijke kringen. Vooral om de homoseksualiteit zwaar te veroordelen en het als de grootste zonde te zien. Maar vooral ook om het zondebesef boven het hoofd te hangen van gelovigen als het mes in een guillotine.


Op zich is dat nog niet eens zo heel vreemd. Het Protestantisme, zoals we dat nu kennen, is immers pas in 1514 geboren vanuit de doctrine van Katholieke Kerk waar het zich van heeft afgescheiden. Die traditie van hel en verdoemenis preken, laat zich maar moeilijk uitroeien. Natuurlijk wil ik niets aan de benoeming van de zonde afdoen. Want die tekst op zich is luid en duidelijk genoeg. Er is hier is een breed scala aan psychologische systemen in te vinden.


Maar ook dat is voor later. Want als het 'juist niet' de kernboodschap is, wat is dán de functie van dit confronterende eerste hoofdstuk in de brief? Want wat is dan het belang en de zin van de harde, pijnlijke benoeming van de zonden zo direct vooraan in de brief?


Mag ik mijn visie daarop met u delen? Met ook een heel persoonlijk voorbeeld? Want waar Hoofdstuk 1 in mijn beleving over gaat is een perfecte uitvoering van een slecht nieuws gesprek. Dat is hoe we dat nu ook nog altijd zo doen. Het wordt gezien als de beste techniek om slecht nieuws te brengen. Om vrij onomwonden met het slechte nieuws te beginnen.


Want waar Paulus mee begint, om zijn boodschap later de extra kracht van de hoopvolle oplossing te kunnen meegeven, is eerst de totaal hopeloze uitgangspositie van de mens tegenover God neerzetten. >Er is geen hoop voor de situatie zoals die nu is. De patient is dood. Het lijkt misschien alsof er nog leven is, maar dat is met ondersteuning van de beademingsapparatuur.


Kortom, de boodschap is: Op basis van wat we weten is er eigenlijk geen enkele hoop! Laat dat vooral duidelijk zijn voor de ontvanger van het nieuws.


Ik ken dat persoonlijk. Het is precies de manier zoals de arts van de afdeling Intensieve Zorgen, zoals het in België heet, dat bij ons deed.

Het is nog vroeg als we zaterdagochtend 19 oktober 1991 aankomen in het Ziekenhuis in Turnhout. Een lange, angstige en onzekere rit uit Twente, na het nieuws midden in de nacht dat mijn broertje bij een auto ongeval ernstig gewond is geraakt. We worden in groene operatiekleden gehesen, om via een doorgang de IC te betreden.
We worden naar de plek geleid, waar we mijn broertje aantreffen. Hij ligt heel stil, met erg veel wit verband om zijn hoofd. We hebben amper de tijd om ons hoofd met allerlei hoopvolle gedachten te kunnen vullen. Want we staan nog maar net bij het bed, als deze arts ook de ruimte binnenstapt.
Zoals het een goed slecht nieuws gesprek betaamd, boort hij direct alle hoop duidelijk de grond in. "Er is niets meer wat we nog kunnen doen!" "De kwetsuren aan zijn hoofd, zegt hij, zijn van dien aard dat er geen herstel mogelijk is!" Joop overlijdt dan ook later die zaterdagochtend, nog voor het 12 uur is.

Dat is in mijn beleving wat Paulus hier ook doet met ons, als mensen. Met dat verschil dat wij hier te maken hebben met een boodschap van God. En dat is een boodschap van hoop. Een boodschap van leven. Maar wat Paulus ons heel duidelijk verteld, is dat die hoop nergens en op generlei wijze te koppelen is aan onze eigen menselijke prestaties. Wij zijn niets en door en door slecht.


Dat vertelt Paulus ons niet alleen in dit veelgebruikte hoofdstuk maar in nog wel meer teksten ook verderop nog in Romeinen. Dat is waar het prediken van 'het zware zondebesef' vandaan komt. Het lijkt ook een hele logische gevolgtrekking van Romeinen. Helemaal als je leest hoe Paulus de afstand en het verschil tussen de mens en God verduidelijkt. En die is onmetelijk groot. Wij zijn de maaksels en Hij is de maker.


Maar blijkbaar hebben wij toch zoveel hoogmoed in ons, die zo ongeremd ontwikkeld is, dat we menen dat belangrijke feit maar gewoon te kunnen negeren. Daarmee negeren we dus de waarheid. Maar daarmee negeren we ook de gevolgen. Een hele typische dwaasheid van mensen. Want met wijs lijkende argumenten en motivatie maken we keuzes voor risicovolle beslissingen zonder dat we de gevolgen kunnen overzien.


Dat komt omdat wij onwetend en onzuiver zijn en geen werkelijk toekomstbeeld hebben. Wij kennen het idee van de maker helemaal niet. Dat is waarmee Paulus de Romeinenbrief opent, direct na zijn uitgebreide intro. Oók in hoofdstuk 1! Hij verteld ons het idee van de maker. Met de boodschap voor ons wat precies de kracht van het Evangelie is.


Die is namelijk tot zaligheid voor ieder die gelooft, zegt hij letterlijk. Romeinen 1:16 "Want ik schaam mij niet voor het Evangelie van Christus, want het is een kracht van God tot zaligheid voor ieder die gelooft, eerst voor de Jood, en ook voor de Griek."


De wijsheid en de kracht van God is de gave die Hij aan Paulus heeft gegeven om deze paradox tot één geheel te kunnen maken.


Namelijk dat wij niets zijn en niets verdienen. Niet uit onszelf en niet voor onszelf. Maar... dat we tegelijkertijd wel onmetelijk geliefd en waardevol zijn voor God. Wij mogen slechts alleen maar in dankbare nederigheid, daar volledig op vertrouwen. Trouw en getrouwheid zijn hierin sleutelwoorden. Want Gods trouw is met kracht bewezen door Jezus Christus, zegt Paulus maar daar gaan we dan verder mee in het volgende deel.




33 weergaven0 opmerkingen

Comentarios


bottom of page